Je bent zo oud als je je voelt. Dat heb je vast weleens gehoord, maar geloof je het ook echt? In deze editie besluit de 66-jarige vader van profmountainbikers Anita en Caro Gehrig spontaan mee te gaan op een 4-daagse bikepackingtocht. De tweeling was benieuwd hoe het hem zou vergaan, als iemand die niet bepaald avontuurlijk is ingesteld (in de outdoor-zin van het woord althans), al ruim twintig jaar niet heeft gekampeerd en gewend is aan comfort. En toen ik over dit verhaal hoorde, werd ik ook nieuwsgierig! Kreeg hij geen pijntjes van het slapen op de grond? Kon hij er wel tegen om 's morgens niet te weten waar ze 's avonds zouden slapen? Je leest het in dit verhaal. Stephanie Dietze Editor, Notes from Outside
Catherine
Editor, Notes from Outside
"Maken jullie avontuurlijke plannen?! Ik wil wel mee!", aldus onze 66-jarige vader Karl. Caro en ik keken elkaar verbaasd aan. We hebben al bedacht hoe we onze tocht van de Ofen Pass in Zwitserland naar de Italiaanse stad Florence gaan aanpakken: lichtgewicht bepakking, kamperen in de middle-of-nowhere en elke dag 200 km fietsen. Onze vader heeft al minstens 25 jaar geen nacht in de buitenlucht geslapen en is in onze ogen nou niet bepaald een outdoor-avonturier, dus zijn enthousiasme voor deze tocht verbaast ons nogal. Toch zijn we het er gelijk over eens: onze vader moet mee! Hij moet alleen een geschikte fiets regelen, dan zorgen wij voor de rest.
Onze tocht begint op 2149 meter hoogte in de Ofen Pass. Het is er koud, met perfecte omstandigheden voor toerskiën, maar het landschap in de verte verraadt dat het voorjaar in aantocht is. We hebben er zin in en zijn benieuwd wat ons de komende dagen te wachten staat, en natuurlijk hoe onze vader het ervan af zal brengen.
Onze route leidt ons naar Zuid-Tirol, via een fietspad dat kronkelt langs appelboomgaarden die volop in bloei staan. We hebben vandaag 200 km op het programma, dus we moeten een stevig tempo aanhouden. We hebben nog nooit op één dag zo'n afstand afgelegd, maar de hele route loopt enigszins naar beneden. "Goed te doen", dachten we toen we dit plan maakten terwijl we thuis op de bank zaten. We hadden echter geen rekening gehouden met de keiharde tegenwind die ons de hele weg vergezelde. Dit was de eerste uitdaging voor onze vader. Gelukkig is hij zo fit als een hoentje, want zelfs Caro en ik hadden het moeilijk. Uren later zaten we met z'n drieën op een plein in een dorpje, uitgeput en stinkend naar zweet, en stouwden we pizza naar binnen alsof ons leven ervan afhing. Caro en ik konden alleen maar lachen. "Pap, je bent geweldig. We zitten hier als een soort zwervers met vettige pizzadozen en flesjes bier, en jij vindt het alleen maar leuk!" Zijn eerste dag was dus een succes.
Die avond besloten we te kamperen aan de rivier de Adige, vlak naast het fietspad. Dat was de tweede uitdaging voor onze vader. Hij had geen idee hoe hij zijn slaapsysteem moest opzetten. We lieten hem geduldig zien hoe het allemaal werkte en even later vielen we alle drie in slaap, met op de achtergrond het geluid van de natuur en in de verte het geruis van de snelweg.
We werden vroeg wakker door het geluid van een paar enthousiaste fietsers, die ons verbaasd aankeken en daarna lachend verder reden. Dit was het moment van de waarheid: wat vond onze vader van zijn eerste kampeerervaring in twintig jaar? Ik had een opmerking verwacht in de trant van "Alles doet pijn", of in ieder geval wat geklaag over een stijve nek. Maar hij verbaasde ons opnieuw. Hij was in een opperbeste stemming en had er zin in.
Na een eenvoudig ontbijt en een kop koffie, waren we klaar voor een nieuwe fietsdag. Bijna dan. Zoals onze vader ontdekte, is het niet zo makkelijk om al je spullen weer in die kleine tassen te krijgen. En hij had dit duidelijk nog niet onder de knie. Dit was de eerste uitdaging waartegen hij niet was opgewassen. Nadat hij een paar keer wanhopig heeft geprobeerd zijn zeven spullen in zijn tas te krijgen, geeft hij het op en moeten wij hem helpen. We hebben vandaag 150 kilometer op het programma en als we onze vader zelf laten inpakken, duurt het een eeuwigheid voordat we kunnen vertrekken.
Het wordt een fantastische dag. De zon schijnt, het is lekker warm (heel anders dan in de koude Ofen Pass) en we eten goed. We houden een lunchpauze in het pittoreske havenstadje Peschiera del Garda en trakteren onszelf op een take-away burger aan de rand van het meer. Een paar uur later fietsen we Santa Caterina binnen. Met in totaal 350 kilometer in onze benen (waarvan 50 kilometer over een hobbelig fietspad) nemen we een verfrissende duik in de dorpsfontein. Onze vader trekt zich niets aan van de verbaasde blikken van dorpsbewoners en dat moment in de fontein voelt als een soort 'doop'. Hij is nu officieel een echte bikepacker! Misschien heeft hij uiteindelijk toch iets avontuurlijks in zich!
Na een rustig nachtje kamperen aan de rand van een bos zijn we helemaal uitgerust voor de dag die komen gaat. Dat is maar goed ook, want volgens de weersvoorspelling hebben we geen tijd te verliezen. Er is regen op komst! We kruipen snel uit onze slaapzakken en maken een kop koffie voor onze vader, terwijl Caro en ik de spullen inpakken. Als je erover nadenkt, is het interessant om te zien hoe onze ouder-kinddynamiek is veranderd. Onze vader heeft bijna de helft van ons leven tot dusver voor ons gezorgd en nu is het aan ons om alle logistieke dingen te regelen: de route plannen, het weer checken, voor eten zorgen, uitpakken, inpakken. Onze vader rijdt alleen met ons mee.
Na ons haastige vertrek houden we een tussenstop in de stad Modena, voor een cappuccino en een heerlijk tweede ontbijt. Het is een perfect moment om even te stoppen, want we worden ingehaald door het weer. We bestellen zo'n beetje alles van het menu, terwijl het buiten begint te plenzen. En zo maakt onze vader nog een bikepacking-ervaring mee die niet mag ontbreken: een overvolle tafel met alle gerechten die je in de bar kunt krijgen.
Als we met een volle maag de stad uit fietsen, zien we in de verte de eerste bergen van de Apennijnen opdoemen. Toscane is in zicht. Desalniettemin is het een pittige fietsdag. De steile klimmen met vermoeide benen zijn een flinke uitdaging. Maar hoe dichter we bij Lago di Suviana komen, hoe beter ons humeur, omdat we ons verheugen op een verfrissende duik in het kristalheldere water.
Even later zitten we aan de rand van het meer. Bibberend maar gelukkig, en blij dat we warme kleding hebben meegenomen. Volgens de weersvoorspelling zakt de temperatuur die nacht tot onder de 10 graden en gaat het regenen. De laatste 'avontuurlijke uitdaging' voor onze vader! Alle kampeerterreinen zijn gesloten en het zit onze vader niet helemaal lekker dat we nog niet weten waar we gaan slapen. Helaas kunnen we niet aan het meer kamperen, tenzij we volledig doorweekt willen raken. Gelukkig vinden we uiteindelijk een leeg huis met een klein overdekt terras. We besluiten er maar het beste van te hopen en kamperen op de veranda. Alle beschutting is welkom. Terwijl we in onze slaapzakken liggen, worden we ondanks de harde regen blij als we bedenken dat Florence, ons doel van deze trip, nog maar een halve dag fietsen is.
's Morgens pakken we onze natte spullen weer in en beginnen we aan de laatste 65 kilometer van onze tocht. Vanwege de kou en nattigheid gaat het bepaald niet vanzelf, maar het ontvangstcomité bij de barista-opleiding waar we met een merksponsor hebben afgesproken, maakt een hoop goed.
De Italianen zijn onder de indruk van de avontuurlijke prestatie van onze vader, en Caro en ik wisselen weer eens een veelbetekenende blik uit. Deze keer is het geen blik van verbazing, maar eerder een blik van trots. Onze vader, een senior met een weinig avontuurlijke inborst, heeft op zijn 66ste toch maar mooi zijn eerste bikebacking-tocht volbracht – en hij vond het nog leuk ook! Dat moet zeker gevierd worden.
Verhaal en foto's van Caro en Anita Gehrig
Caro en Anita Gehrig zijn Zwitserse mountainbikers. Ze zijn het allerliefst buiten, bij voorkeur op de fiets en met een gezonde dosis adrenaline. Ze houden van wat uitdaging onderweg, want volgens hen is er niets leuker dan af en toe je eigen grenzen verkennen.