Oud politiebureau

De Gardehof is in 1575 ontstaan uit de oude St. Jakob-kapel. Na 1860 werd het gebouw gebruikt door de politie, later door de administratieve eenheden van de stad en de regio.

Het portaal en de loggia zijn een pronkstuk van de Renaissance-architectuur in de Bovenrijn.

Gebaseerd op de voormalige Sint-Jacobskapel (voor het eerst genoemd in 1286), die een tijdlang dienst deed als gemeentehuis, werd het gebouw in 1575 gebouwd voor wereldlijke doeleinden. Boven een gewelfd ossuarium bevond zich de bewaker op de begane grond en de zalen op de bovenverdieping. De loggia, gebouwd tussen 1577 en 1582, vormt met zijn uiterst decoratieve repertoire samen met het portaal een juweel van de Renaissance-architectuur in de Boven-Rijn.

Het gebouw werd ook gebruikt voor commerciële doeleinden. Het was de locatie voor de noten- en oliezadenmarkt en de plaats van gerechtigheid. De loggia werd gebruikt als platform voor de rechters bij het uitspreken van vonnissen. Vanaf 1860 deed het gebouw dienst als kantoor van het legerkwartier en later als politiebureau.
Bron: travelsicht.de/colmar-machen/#adolphshaus-und-die-ehemalige-polizeiwache

De Gardehof is in 1575 ontstaan uit de oude St. Jakob-kapel. De crypte met knekelhuis uit de 13e eeuw is volledig bewaard gebleven. Overblijfselen van de kapel zijn vandaag de dag nog steeds te zien op de begane grond. Op de begane grond kwamen kamers voor de bewakers en op de bovenverdieping staatskamers. De meest opvallende versiering is de renaissance-aedicule van het portaal, waarvan de geveldecoratie wordt gebogen met de console van de erker erboven. De open erker met Korinthische zuilen en gewelfd plafond werd oorspronkelijk gebruikt voor aankondigingen van de gemeenteraad. Aan de westzijde is als doorgang een open zuilenhal met spitsboog gerealiseerd. Na 1860 werd het gebouw gebruikt door de politie, later door de administratieve eenheden van de stad en de regio.